donderdag 24 maart 2016

AVONTUUR

Over het algemeen genomen ben ik een blij ei. Ik heb nooit zoveel behoefte aan een zoektocht naar het grote geluk, m’n innerlijke ik of andere verlichtende kijkjes in mijn ziel. Ik geloof niet zo in maakbaarheid van het geluk. Wel in de manier waarop je met de dingen omgaat die op je pad komen. Glas halfvol, halfleeg of gewoon nog  gevuld, weet je wel. Ploetermoeders, druk druk druk, veel ballen in de lucht, zeurwijven - dit laatste type schijnt écht te bestaan - ik lach er een beetje besmuikt om. Niet dat ik twijfel aan hun gevoelens, immers wat je gelooft is waar. Zelf ben ik meer op de hand van de Club van Relaxte Moeders. Ik maak denk ik weinig stresshormoon aan of ben anderszins genetisch behept.

Ongeplande taxiritten in de spits dwars door de stad (had ik al gezegd dat Den Haag Neerlands dichtstbevolkte en daarmee drukste file-stad is?), spelende vrienden – ah mam, mogen ze alle drie, pleahiesssse - spontane eters, extra slapers, onaangekondigde paas-traktaties voor de volgende dag… Hup, mouwen opstropen, cupcakes de oven in en gaan. Ik roep alleen maar: gezelligheid kent geen tijd! Vroeger bij ons thuis was het niet anders. Stond de tafeltennistafel bij m’n oma nog schappelijk in de serre, bij ons staat hij vrolijk midden in de woonkamer. Dat de dartpijlen regelmatig naast het bord in de deur belanden of op de grond in het laminaat – ach, er wordt geleefd hier. Gulzig geniet ik van de reuring die het gezinsleven anno nu met zich meebrengt. Meestal met een hoog déja-vu gehalte, soms vol verbazing en me afvragend hoe m’n moeder dat toch deed; of m’n oma met 8 kinderen en haar zus met 12.  

Maar soms, heel soms… verlang ik naar lang vervlogen tijden. Tijden van kinderlijke onbevangenheid en jeugdige onbezonnenheid. Dan ben ik de oneliners “ik wil geen andijvie” en  “ik lust geen spinazie” zat. Heb ik er genoeg van om me in allerlei bochten wringen om kinderen te brengen en halen. M'n buik vol van onaangekondigde, per direct ingaande gewijzigde trainingsschema's. Heb ik het gehad met het maken van allerhande planningen en het begeleiden van werkstukken of spreekbeurten. En ben ik helemaal klaar met het uitkammen van irritant krullend klithaar dat in geen weken een borstel heeft gezien, het stelpen van bloedneuzen en de met bloed besmeurde pyjama's meteen te wassen. Dan slaat de stress van m’n kinderen over op mij. Welke idioot begint er dan ook 48 uur van te voren aan zijn spreekbeurt? En waarom krijgen alle gezinsleden opeenvolgend de griep en niet tegelijkertijd? Weet iemand wel hoeveel mutaties dat met zich meebrengt in de agenda’s van de overige gezinsleden? En dan met name in die van mij. Wie beheert namelijk de grote gemene deler, de gezinsplanning. Wie heeft de helikopterview over dit mini-koninkrijkje…. Drie keer raden!

Op die momenten – “Moet ík weer gaan vertellen dat ik thuiswerk?” “Ja, wil ik ook wel doen, maar van jouw salaris kunnen we de hypotheek niet betalen.” – als we weer een heerlijk potje ouderwets aan ‘t touwtrekken zijn en oppas een, twee en drie het collectief af laten weten, op die momenten kan ik verdrinken in een niet te stelpen golf van zelfmedelijden. Al die moeite, een hoop gedoe en waarvoor eigenlijk? Voor kinderen die over tien jaar uitvliegen? Om tegen de tijd dat zij weer latente interesse krijgen in hun voormalig thuis, te ontdekken dat hun moeder wel erg veel zorg nodig begint te hebben? Laten ze daar nou net geen tijd voor hebben in hun drukke levens. Voor een man die het leven met mij misschien wel voor gezien houdt na een allesvernietigende pubertijd van zoon en dochterlief?


Op die momenten kan vol weemoed terug verlangen naar een leven waarvan je stiekem als ouder hoopt dat je kinderen dat allemaal niet zullen doen. Met dooddoeners als “nee, hoor  ik zou niet meer terug willen naar die onzekerheid en het gebrek aan zelfvertrouwen dat je als jongvolwassene hebt. Geef mij maar de zekerheden en het zelfvertrouwen inclusief de manco’s van het ouder worden.”, maak ik korte metten. Want was niet alles juist zo spannend vanuit die onzekerheid? Was het niet het gebrek aan zelfvertrouwen dat maakte dat je je overal doorheen blufte? Het was toch juist de onwetendheid die maakte dat je dacht de wijsheid in pacht te hebben. En juist het gebrek aan ervaring zorgde ervoor dat je ervan overtuigd was de hele wereld aan te kunnen. Ongewis van een goede afloop, maar dat kwam amper in je op. Wie dan leeft, wie dan zorgt. Alles op z’n tijd. Om je vervolgens vol overgave in het volgende avontuur te storten….

Ik heb vrienden m/v die op een dergelijk moment inderdaad nog eens voor 'het' avontuur kozen. En ik? Ik stort me na zo’n Elizabeth Gilbert moment en een nachtje slapen - met héle mooie dromen (of moet ik zeggen: avonturen) - gewoon weer als een blij ei op de avonturen in mijn eigen kleine koninkrijkje. Plusklassen, Kangoeroewedstrijden, schaaktoernooien, rapportgesprekken, introductiedagen, bieb-boeken, paasbrunches, excursies... kom maar op!    

 

 avon·tuur (hetomeervoud: avonturen)
reeks spannende belevenissen
vreemde of onverwachte gebeurteniseen avontuurtje kortstondige (buitenechtelijke)
    liefdesverhouding 

maandag 7 maart 2016

Een gemiddelde vluchteling sleept minder met zich mee.

Omdat ie gemist werd toch nog maar even een wintersportblogje. Eigenlijk valt er niet zoveel bijzonders te melden anders dan dat we een heerlijke week gehad hebben. Dat de week wordt afgesloten met een influenza golfje bij thuiskomst is jammer, maar niet meer dan dat.

Ogenschijnlijk leek de start van de week ook weinig goeds te voorspellen. Ietwat vermoeid en gehaast vertrokken we vrijdagochtend, in de wetenschap ergens in de middag op onze vaste stek in Stuttgart aan te komen. Gezellig rondje shoppen, beetje chillen, heerlijk diner en dan de volgende morgen na een riant ontbijt weer op pad; genietend van het uitzicht op de Bodensee en hoge besneeuwde Tiroler bergtoppen. Tot en met het ontbijt loopt het verhaal nog geheel volgens plan. Totdat we wegrijden van het parkeerterrein. Een raar geluid doet onmiddellijk onze wenkbrauwen fronsen; Dit klinkt niet goed... Een blik van mijn technisch goed onderlegde eega legt het euvel meteen bloot. Een gebroken veer links achter. Doorrijden is geen optie, zeg maar gerust onmogelijk. En dan begint het circus op volle toeren te draaien.

We bellen met de alarmcentrale. Uiterst vriendelijk wordt er toegezegd iemand langs te sturen om de situatie ter plaatse te beoordelen. Daarbij wordt om geduld gevraagd, het is druk op weg naar de sneeuw. Enkele cappuccino's later kan de diagnose door een ter zake kundige gesteld worden: een gebroken veer links achter. Aha bevestiging, dat is altijd fijn om te horen! Doorrijden is geen optie, wat heet: onmogelijk! Een sleepdienst zal ter plaatse moeten komen om onze bolide naar een garage te vervoeren. Tot zover niks nieuws onder de zon, dit hele scenario hadden wij al voorgesteld aan de alarmcentrale. Maar onder het motto, eerst zien dan geloven, was er nu dan inderdaad ook voor hen de bevestiging dat onze diagnose de juiste was.

Nog maar wat cappuccino's naar binnen werken dan. Bovendien konden we aan het werk. De auto moest worden ontdaan van onze bagage. Iedereen die weleens met een gezin met de auto op wintersport is geweest, weet dat de gemiddelde vluchteling minder met zich meesleept. Aldus geschiedde, de vierpersoons-huisraad werd verplaatst van stationwagon naar hotellobby. Onder argwanende blikken van het  hotelpersoneel en gasten. Want gemakshalve reizen we natuurlijk niet met Samsonite Oysters, maar met die heerlijke prop-ze-maar-vol Turkentassen (dit is een bestaand woord) - zwart-wit gestreept jawel. 't Kan ook zijn dat  het de hoeveelheid mobiele elektronica was, die de wenkbrauwen deed fronsen. iPads, DS'en, TomTom en de nodige mobiele telefoons, wellicht een beetje too much voor een gezin op de vlucht. Overigens zorgden die mobiele apparaten er wel voor dat m'n kroost een flink aantal uren in goede harmonie naast elkaar wist te leven.

Zoals gezegd, het is druk op weg naar de sneeuw en geduld is een schone zaak. Dus was het nu wachten geblazen op de sleepwagen; En belangrijker nog: vervangend vervoer. Maar alles op z'n tijd. Het volgende tandwieltje in het proces kan pas gaan draaien als de vorige zijn rondje heeft gemaakt. Niet eerder dan dat onze eigen bolide was afgevoerd was er gelegenheid tot het regelen van vervangend vervoer. Voor de zekerheid nog maar eens benadrukt dat we een gezin waren onderweg naar de wintersportgebieden. Je weet maar nooit en de verzamelde huisraad overhevelen in een Ford Ka leek me een uitdaging te ver. Wederom werd benadrukt dat het erg druk was op naar de pistes en dat we vooral geduld moesten hebben.
Lunchtijd lag inmiddels ver achter ons en de vraag rees of het nog wel verstandig was de reis later op de dag te hervatten. Ook was ons inmiddels vriendelijk verzocht de hotellobby te ontruimen vanwege een aanstaande receptie. Het besluit was snel genomen. Zonder zicht op een auto binnen afzienbare tijd, zouden we de nacht in moeten rijden. Met de barre aankomst van het vorig jaar nog in ons geheugen besloten we nog een nacht in het hotel te blijven. Niet lang daarna volgde de boodschap dat wij een vervangende auto op konden halen. De volgende morgen wachtte ons een vlekkeloze, rustige rit naar Tirol.

Wat restte was de uitdaging om onze eigen auto weer terug te krijgen op een geschikt tijdstip.

En zo werd de heer Bok - der Ronald Bok - onze held van de week. Herr Bok is de eigenaar van het Duitse Autohaus Bok te Stuttgart. Het oord waar onze wagen naar werd afgevoerd ter reparatie. Communiceren met de medewerkers van de alarmcentrale was geen sinecure, dat hadden we allang door. Maar Herr Bok daar kon je mee praten. De hele week werd er in cirkels gebeld. Altijd fijn zo'n tringende en trillende mobiel in de binnenzak van je ski-jack. Gebeurt namelijk altijd als je in de rij staat voor een lift of juist in die lift omhoog zit. Of nog erger als je full swung de piste af suist. De optie boodschappen achterlaten op de voicemail hadden onze vrienden van de alarmcentrale nog niet ontdekt. Na veel heen en weer gebel met de herhaaldelijke toelichting dat we slecht bereikbaar waren, hen de tip ons te sms-en gegeven. Dat werkte. Nou ja, ten dele. Meestal was de berichtgeving achterhaald of strookte het niet met eerdere berichten. Bovendien was er inmiddels een rechtstreekse communicatielijn ontstaan met bovengenoemde Herr Bok. 

Wij hadden uiteraard al een plan de campagne paraat, rekening houdend met gesloten autowerkplaatsen op zaterdag en een huurauto die bij voorkeur voor 16:00 uur moest worden ingeleverd. Zo moeilijk was het allemaal niet als alle partijen maar juist geïnformeerd zouden zijn. Auto ophalen bij Herr Bok, bagage overhevelen en vervolgens met twee auto's naar het verhuurbedrijf om de huurauto in te leveren. Daarvandaan gerade aus naar Nederland.Tot op de dag van vandaag krabben wij ons nog achter de oren wat nou precies de rol van de alarmcentrale was. Op de valreep verzochten zij ons een dag van te voren om maar zelf met Autohaus Bok in contact te treden om te zorgen hoe, waar en wanneer wij onze auto terug konden krijgen. En laten we dat nou allang gedaan hebben.